Op deze pagina:

– Brief naar de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) over de invloed van Big Pharma op onderwijs, wetenschap en overheid, 13 juli 2014.
– Reactie Kamercommissie OCW.
– Antwoord van Minister OCW, 23 november 2014.
– Reactie Kamercommissie OCW op brief Minister OCW, 14 november 2014.

Onze brief naar de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap:

 

Mw. dr. M. Bussemaker, Minister

Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

Postbus 16375

2500 BJ Den Haag

Amsterdam, 13 juli 2014

 

Onderwerp:

– De rol van wetenschap binnen de psychiatrie en aanverwante onderwerpen

– Info op de website van RIVM/Nationaal Kompas Volksgezondheid  t.a.v. de-medicalisering

 

Geachte mevrouw Bussemaker,

 

Zoals bekend hebben een aantal belangrijke onderwerpen binnen de psychiatrie geen solide basis:

–         De mening over de wetenschappelijke waarde van het psychiatrisch handboek DSM lopen onder deskundigen sterk uiteen; de laatstverschenen versie lag al onder vuur, jaren voordat het gepubliceerd werd.

–         Bij diagnosestelling van stoornissen is een sterke subjectieve factor betrokken.

–         Ondanks decennia van onderzoek en de investering van vele miljarden in hersenonderzoek is de werking van de menselijke geest in academische kring onbekend.

Ondanks deze wankele wetenschappelijke basis zien wij toepassing op grote schaal van chemische stoffen die bij via de DSM geduide stoornissen als therapie worden gebruikt. Wij dringen al vele jaren aan op rigoureuze terughoudendheid wat betreft psychiatrische therapie op basis van chemicaliën en elektrische of elektromagnetische effecten.[1]

 

Het Ministerie van VWS wil de-medicaliseren. Wij zijn daar blij mee.

In feite betekent dit dat VWS (terecht) een beperking stelt aan de samenwerking van wetenschap, industrie en overheid, ook wel aangeduid als de “gouden driehoek”. Het betekent o.a. dat zelfregulering op het delicate gebied van de menselijke geest een gevaarlijke kant heeft.

De intentie van VWS om te de-medicaliseren stamt uit ca. 2011. Aan de gebruikscijfers voor antidepressiva en ADHD-medicijnen is dat nauwelijks te zien. Wij zijn ervan overtuigd dat de oorzaak van de fixatie op deze aanpak voort komt uit de manier waarop demain stream wetenschap hierover denkt.

 

Hierbij zijn wij op het volgende  concrete voorbeeld gestuit. Op de website van Nationaal Kompas Volksgezondheid (RIVM) treffen wij een mening over ADHD die nog stamt uit de tijd toen labelen en het voorschrijven van medicijnen voor ADHD met tientallen procenten per jaar steeg. Op een verzoek van ons aan de directeur van RIVM om die gegevens met spoed aan te passen ontvingen wij een reactie van Mw. A. Van Bolhuis, Directeur Volksgezondheid en Zorg. Zij verwees daarbij naar het wetenschappelijke concept over ADHD dat bij RIVM de beleidslijn bepaalt. Wij hebben aan mw. Van Bolhuis met een tweede brief onze zorgen over de psychiatrische wetenschap kenbaar gemaakt. Tevens schreven wij haar dat wij u om hulp zouden vragen om het probleem rond populaire psychiatrische gezichtspunten bij de kern aan te pakken:

 

* Hierbij nodigen wij u uit om vast te stellen dat de term “wetenschap” op het gebied van psychiatrie niet dezelfde waarde heeft als die in de bètawetenschappen of in grote delen van de medische wereld. Door de plooibaarheid van concepten in de psychiatrie heeft de (farmaceutische) industrie grote invloed op dit vakgebied gekregen. Ook zijn hier opvallende voorvallen van corruptie geweest, en ongetwijfeld nog steeds aanwezig.[2] Deze zaken dwarsbomen een vrije wetenschappelijke ontwikkeling op dit gebied.

 

* Tevens vragen wij u om aan deze vaststelling consequenties te verbinden. Wij denken hierbij aan het verplicht verregaand verbreden van gezichtspunten die binnen de universiteiten en hogescholen op het gebied van de geestelijke gezondheidszorg worden onderwezen. Het lijkt ons dat de vakken wetenschapsfilosofie en -ethiek een hoofdrol moeten spelen. Binnen die wereld moet duidelijk gemaakt worden dat op geen enkele wijze onomstotelijk is vastgesteld dat, en laat staan hoe, de hersenen een allesbepalende rol spelen in de psychiatrische problematiek. Studenten, als de toekomstige generatie van opinieleiders, zouden getraind moeten worden in kritisch denken en wat daarbij hoort, zodat zij bijtijds inzicht kunnen krijgen in de krachten die op hun vakgebied inwerken. O.a. om te voorkomen dat zij zich later beroepshalve gedwongen zien om te schipperen met hun persoonlijke inzichten en integriteit.

 

* Ook verzoeken wij u hierbij om mw. Van Bolhuis, RIVM, op het hart te drukken een dergelijke terughoudendheid spoedig op de RIVM website tot uiting te brengen en nadrukkelijk te vermelden dat de wetenschap van de mainstreampsychiatrie, en dan in het bijzonder dat deel dat onder de biologische psychiatrie begrepen kan worden, een onzekere ondergrond heeft.

 

 

Met de meeste hoogachting,

(ondertekening)

Vrijwilliger voor stichting Nederlands Comité voor de Rechten van de Mens.

 

 

Bijgevoegd: reactie Mw. Van Bolhuis, RIVM, 16 juni 2014.

(in deze digitale versie: volg deze link.)

 

 

Stichting NCRM, Postbus  51148, 1007 EC  Amsterdam.

Website: www.ncrm.nl , email: ncrminfo@gmail.com,

Bankrelatie: ABN AMRO 54.76.86.943. Reg.nr KvK: 412.060.48

 

[1] Psychofarmaca, ECT, elektromagnetische beïnvloeding van de hersenen, operatie, deep brain stimulation.

 

[2] Een spraakmakende geval van corruptie betrof de ADHD expert dr. J. Biederman, die grote invloed had op het tot stand komen van de Nederlandse ADHD behandelingsrichtlijn. Nog steeds wordt naar Biederman verwezen. Wij schrokken van de verwijzing naar Biederman in de reactie van RIVM (bijgevoegd bij deze brief)

(in deze digitale versie: volg deze link.)

Zie eventueel http://www.nytimes.com/2008/11/25/health/25psych.html?_r=0

oOo

 

Voorlopige reactie Kamercommissie OCW:

Reactie-Kamercommissie-OCW-op-brief-MinisterOCW-14nov2014

Antwoord Minister OCW van 23 november 2014:

Antwoord Minister OCW-23-10-2014 op brief NCRM-13-07-2014 pg1

Antwoord Minister OCW-23-10-2014 op brief NCRM-13-07-2014 pg2

 

Besluit Kamercommissie OCW n.a.v. antwoord minister:

reactie commissie OCW Minister OCW brief 13 juli 2014